Om 20.45 uur ging op 26 april de Lourdesbedevaart van het Aartsbisdom Utrecht ‘officieel’ van start met de openingsviering. Tijdens deze viering werd ook de bedevaartkaars ontstoken. Eerder die dag waren de beide vluchten met pelgrims vanuit Eindhoven Airport gearriveerd, en om 9.00 uur was ook de bedevaarttrein met aan boord aartsbisschop W.J. Eijk het station van Lourdes binnen gereden. Het aartsbisdom heeft de ruim 1.000 bedevaartgangers uitgerust met een oranje sjaal waarop het bedevaartlogo prijkt: geen overbodige luxe, want het is koud en regenachtig in Lourdes.

‘Thuiskomen bij God’
In zijn preek ging hoofdaalmoezenier H.W. Woorts, vicaris van Utrecht, in op de betekenis van Lourdes en het op bedevaart gaan. “Lourdes is een plaats waar hemel en aarde elkaar raken,” aldus de hoofdaalmoezenier. Uit de hemel is nog nooit iemand teruggekomen, maar dat is niet helemaal waar, zo stelde vicaris Woorts vast, daarbij teruggrijpend op de evangelielezing (Lucas 24, 35-48), waarin twee van zijn leerlingen Jezus herkennen aan de wijze waarop Hij het brood breekt. Hoofdaalmoezenier Woorts: “Ons geloof en onze Kerk vindt zijn oorsprong in Pasen, het geloof dat Christus terugkomt. Later is ook Maria teruggekeerd uit de hemel, de meest bekende Mariaverschijning is die hier in Lourdes. Ook hier sprak de hemel. Maria beloofde toen aan Bernadette niet het geluk in deze wereld, maar wel die in de andere wereld. Die belofte geldt ook voor ons. Ook wij mogen eens ten volle thuis komen bij God.”
En dat wil ook deze bedevaart tot uitdrukking brengen, benadrukte hij. De Heer verschijnt, in de eucharistieviering, in de processie die hier gehouden wordt én in de liefde die mensen elkaar tonen – “dat zie je ook in deze dagen terug.” Het motto van deze bedevaart, ’Op weg met Bernadette’, is niets anders dan op weg zijn naar God. Ik hoop dat deze bedevaart ieder van ons, die hier met zijn eigen intentie is, mag doen thuiskomen bij God, samen met Maria, samen met Bernadette.”

Bedevaartkaars
Na afloop van de viering kregen alle pelgrims ook nog een gebedsprentje uitgereikt, met daarop een gebed dat mgr. Eijk speciaal voor deze bedevaart schreef plus een afbeelding van het Mariabeeld in de Lourdesgrot. Vervolgens trokken de pelgrims in stilte naar de grot, waar de bedevaartkaars werd geplaatst. Daar ging de aartsbisschop voor in het bidden van de Rozenkrans.