November 2018

Weet u niet hoe u moet bidden? Dan neemt u toch gewoon de Rozenkrans!

De Bisschoppenconferentie heeft dit jaar uitgeroepen tot het jaar van de Rozenkrans. Uiteraard met als doel de gelovigen meer met dit kostbare gebed vertrouwd te maken. Daartoe bidden mijn hulpbisschoppen en ik op diverse plaatsen de rozenkrans voor in parochiekerken of andere plaatsen in ons bisdom. Zo heb ik op 8 september jongstleden de rozenkrans voorgebeden in het Cenakel in Utrecht, een klein klooster midden in een woonwijk met vijf zogeheten roze zusters. Roze vanwege hun mooie en opvallende habijt.

Vervolgens heb ik op 3 november de rozenkrans voorgebeden bij gelegenheid van het veertigjarig jubileum van de priesterzaterdagen in de kapel van Heiloo. Hierbij wordt op voorspraak van Maria gebeden om nieuwe priesterroepingen. En dat gebed heeft geholpen! Veertig jaar geleden werd volop gespeculeerd over een priesterloze Kerk, omdat er nog nauwelijks priesterstudenten waren. Nou, die speculaties zijn niet uitgekomen. In alle Nederlandse bisdommen is sindsdien een nieuwe generatie priesters opgestaan, weliswaar niet zo talrijk als in het verleden. En we zouden graag nog meer priesters hebben. Maar priesterloos, nee, dat is de Kerk niet geworden.
Ook in andere bisdommen is door veel gebedsgroepen, vaak op voorspraak van Maria, hard gebeden om nieuwe priesterroepingen. We zijn deze bidders dan ook heel dankbaar voor de tijd, energie en inzet die zij hebben gestoken in de aanbidding van het Allerheiligste, het Getijdengebed en het bidden van de rozenkrans.

En op Allerheiligen was ik ‘s avonds voor een pontificale Heilige Mis in de H. Kruisbasiliek in Raalte, een prachtige, monumentale kerk, waar de kathedraal van Utrecht drie keer in past. Ook hier zou ik vóór het begin van de Mis de rozenkrans voorbidden.
De voortekenen leken niet erg gunstig. Op voorstel van mijn chauffeur-ceremoniarius waren we al om kwart over vier vertrokken. We zaten in één lange eindeloze file, die maar niet oploste. De reis naar Raalte, normaal een uurtje, duurde bijna twee uur en een kwartier. Ik stond zowat op het punt om in mezelf te zeggen ‘nou, Maria, waar blijft u’, toen de schitterende H. Kruisbasiliek voor ons opdoemde. Na ons op een drafje te hebben omgekleed konden we even na de afgesproken tijd, half zeven, met het rozenkransgebed beginnen.
Het was een aangename verrassing: er waren vrij veel mensen komen opdagen, ook al was het een Hoogfeest op een doordeweekse dag. De Eucharistieviering werd opgeluisterd door een goed koor en een goede organiste en ook een prima stel acolieten. En veel mensen waren al om half zeven aanwezig voor het bidden van het rozenkransgebed. Dit waren niet minder noeste bidders dan in Utrecht of Heiloo.

Bij de rozenkrans werd steeds het Fatimagebed gebeden: “O mijn Jezus, vergeef ons onze zonden, behoed ons voor het vuur van de hel. Breng alle zielen naar de hemel, vooral degenen die Uw barmhartigheid het meeste nodig hebben.” In Fatima drukte Maria ons bij haar verschijningen op het hart te bidden dat de zielen van mensen na de dood naar de hemel zouden gaan en niet naar de hel. Mensen denken weleens dat we na de dood automatisch naar de hemel gaan. Maar daarvoor is het wel nodig Gods geboden te onderhouden en Jezus te volgen. En daarvoor zijn ook nodig de sacramenten van de Kerk en gebed.

Paus Johannes Paulus II noemde de rozenkrans zijn favoriete gebed: “Het rozenkransgebed heeft mij vergezeld in zowel momenten van geluk als van beproeving. Ik vertrouwde er mijn zorgen aan toe en ik vond er troost in” (Rosarium Virginis Mariae: Over de allerheiligste Rozenkrans, 16 oktober 2002, nr. 2). En kort na zijn verkiezing tot paus zei hij tijdens het Angelusgebed op 29 oktober: “De rozenkrans is mijn favoriete gebed. Een wonderbaarlijk gebed! Prachtig in eenvoud en diepgang.”

Eenvoudig, want iedereen kan het bidden. Wie de rozenkrans bidt, staat tijdens zijn gebed tenminste niet met de mond vol tanden. En diepgang heeft het zeker: want in het rozenkransgebed beschouwen we samen met Maria alle grote geloofsgeheimen betreffende Christus.