Februari 2020

Lourdesbedevaarten: goed voor zieken én gezonden

In 1993 heeft de heilige paus Johannes Paulus II 11 februari uitgeroepen tot Werelddag voor de zieken. Op deze dag bidden we in het bijzonder voor onze zieken om genezing en herstel. Gekozen is voor de datum van 11 februari omdat we op deze dag gedenken dat Maria in 1858 te Lourdes is verschenen aan de heilige Bernadette Soubirous. Veel zieken zijn in Lourdes op voorspraak van Maria door God genezen van ziekten en de zieken aan wie geen genezing ten deel valt, komen gesterkt en bemoedigd terug van de Lourdesbedevaarten.

Maar ook voor mensen die zich gezond achten, is een bedevaart naar Lourdes uiterst zinvol. De genezingen die Jezus in Lourdes verricht op voorspraak van zijn moeder zijn evenals als die in het Evangelie een teken van iets wat dieper gaat, de genezing van de ziel van de mens. En die genezing hebben alle mensen zonder uitzondering nodig.

Dat komt op heel treffende wijze tot uitdrukking in de genezing door Jezus van een doofstomme man (Marcus 7,31-37). Marcus bericht uitdrukkelijk dat Jezus tijdens de genezing van de doofstomme man zucht. Dit is een teken dat Jezus door het lijden van de man is aangegrepen. Hij steekt zijn vingers in diens oren en raakt diens mond en tong aan met speeksel. Dit gold in de Oudheid als geneesmiddel. Door met zijn speeksel de mond en de tong van de man aan te raken, sluit Jezus zich in zekere zin aan bij Joodse geneeswijzen om de doofstomme man op de genezing voor te bereiden. Maar de eigenlijke genezing van de doofstomheid komt tot stand door het woord van Jezus dat gezag over de werkelijkheid bezit.

En het woord dat Hij spreekt, luidt “effeta,” het Aramese woord voor “ga open.” Dit zegt Jezus niet tegen de organen van de man die niet functioneren – zijn oren en zijn tong – maar tot de man als persoon. Het belangrijkste is niet dat zijn oren opengaan en zijn tong loskomt, maar het gaat om de diepere betekenis van de genezing: dat hij zijn ziel opent voor God en zijn leven met Gods wil in overeenstemming brengt.

Dat woord ‘effeta’ spreekt Jezus tot ieder van ons die gedoopt wordt, via de bedienaar van het doopsel. Dit wordt tot uiting gebracht in de zogeheten ‘effeta-ritus’: hierbij raakt de priester of de diaken oor en mond van de dopeling aan met de woorden:

“Onze Heer Jezus gaf aan doven het gehoor terug, en stommen liet Hij spreken; moge Hij je geven dat je spoedig Zijn woord kunt verstaan en het geloof kunt belijden tot eer van God onze Vader.”

Tegen de dopeling wordt hiermee gezegd: ‘Open je innerlijk voor God opdat je Zijn woord kun verstaan en Hem eert door wat je bent, zegt en doet.’

De doofstomme in het Evangelie is een beeld voor de mens die het contact met God verloren heeft. In hoofdstuk 3 van het boek Genesis wordt verhaald hoe mensen vanaf het begin dit contact met God verloren, niet door doofheid als handicap, maar door een selectieve doofheid: niet willen horen wat God zegt. Jezus kan en wil ons van deze doofheid genezen en weer tot God brengen.

Geloof in God en vooral Zijn mens geworden Woord, Christus, begon in Europa te wankelen in de 18de eeuw tijdens de Verlichting. Vanaf circa 1850 gebeurde dit onder steeds bredere lagen van de bevolking. Juist vanaf die tijd is Maria verschenen op verschillende plaatsen, onder meer in Lourdes, met de dringende oproep om terug te keren tot haar Zoon. Veel mensen pakken na een bedevaart naar Lourdes de draad van het christelijk geloof weer op. Bidden wij op voorspraak van Maria dat Jezus ook tot ons Zijn woord van gezag spreekt, ‘effeta’ zegt, en ons geneest van onze geestelijke doofstomheid.