Januari 2013

Een Nederlandse heilige als leraar in het gebed

Op 5 januari jl., op de vooravond van het Hoogfeest van Driekoningen, was ik in Munstergeleen voor de gedachtenis van de Heilige Pater Karel Houben. Na de Eucharistieviering vond in het donker een mooie processie plaats naar de molen waar hij in 1821 werd geboren.

Het is treffend dat zijn gedachtenis wordt gevierd op de vooravond van het Hoogfeest van de Drie Wijzen, die zich door de ster uit het Oosten laten leiden om bij het kerstkind in Bethlehem uit te komen. De ster helpt hen om zich te oriënteren. ‘Orient’ betekent het ‘Oosten’. Als we weten waar het Oosten is, kunnen we ons oriënteren, dat wil zeggen: weten we de weg te vinden.

Wanneer de Drie Wijzen Jezus eenmaal hebben gevonden, aanbidden zij Hem. En zij bekronen hun gebed met geschenken. Door Hem goud te geven, een echt geschenk aan een koning in die tijd, erkennen zij dat Jezus koning is. Door de wierook, gebruikt in de eredienst om Gods aanwezigheid te benadrukken, erkennen zij dat Hij de Zoon van God is. Met de mirre, een zalf voor het balsemen van overledenen en daarmee een voorafschaduwing van Jezus’ lijden en dood, erkennen zij dat Hij de Verlosser is. Met deze kostbare geschenken laten zij zien dat zij heel hun leven in het teken van het geloof in Jezus willen stellen. Eigenlijk geven ze dus zichzelf aan Hem. De Drie Koningen zijn zo voorbeelden voor alle christenen die tot een serieus en vruchtbaar gebed willen komen.

Dat de gedachtenis van pater Karel Houben valt vlak vóór het Hoogfeest van Driekoningen is daarom zo treffend, omdat ook hij een echte leraar in het gebed is. Zowel tijdens zijn jeugd in Munstergeleen, als later in zijn leven leek het mensen wel alsof hij altijd in gebed verzonken was. Er wordt weleens gezegd dat hij de gave van genezing had. Die had hij echter niet en hij zou het van zichzelf ook nooit hebben gezegd. Een jonge broeder vroeg hem ‘s morgens eens gekscherend bij de koffie: “En, nog wonderen vandaag?” Hierop antwoordde pater Karel: “Ik ben net als jij door God geschapen.” Met andere woorden: hij dichtte zichzelf niet de gave toe om zieken te kunnen genezen. Wat hij wel had, was de gave van het gebed. En het was zijn gebed om de genezing van zieken dat God dikwijls heeft verhoord.

Pater Karel Houben ontdekte ook biddend zijn roeping. Evenals de Wijzen kon hij zich in zijn leven oriënteren op het Licht dat Christus ons geeft. Wij hebben allen dat licht van God ontvangen, de Heilige Geest, door het doopsel en het vormsel. Hij is ons innerlijk licht: door Hem kunnen we ons leven op Jezus oriënteren. Bij pater Karel Houben leidde die levensweg van Munstergeleen via zijn militaire dienst naar Bergen op Zoom. Daar leerde hij in een klooster vlak over de grens in België de Passionisten kennen en trad hij bij hen in. Door de Passionisten kwam hij via Engeland terecht op zijn bestemming, Ierland, en via Ierland bereikte hij zijn eindbestemming, de hemel.

Voor een seculiere samenleving lijkt God soms heel ver weg en onbereikbaar. Voor ons gevoel mag dat wellicht zo zijn, maar in werkelijkheid is dat niet zo. God is present en luistert naar ons als wij bidden. Wat het gebed vermag, zien we bij pater Karel Houben. Evenals de Drie Koningen is hij een leraar in het gebed.

Het grootste geschenk van het gebed is niet de verhoring van afzonderlijke vragen. Het grootste geschenk van het gebed is dat God zichzelf geeft. En omdat de liefde nooit alleen van één kant kan komen, moet ook ons gebed uitmonden in een geschenk: van ons goud, onze wierook en onze mirre, kortom van onszelf. En pater Karel Houben gaf zichzelf voor zijn roeping om biechtelingen te begeleiden en zieken bij te staan. Wie zo bidt, kan ook in duistere, menselijk gesproken uitzichtloze situaties terecht raken, maar heeft door Gods aanwezigheid altijd houvast. De bidder kan zich altijd en overal in het leven oriënteren. Het beste wat we ons voor 2013 kunnen toewensen, is dat ons een diep en intens gebedsleven wordt geschonken naar het voorbeeld en op de voorspraak van de heilige pater Karel Houben.