Juni 2017

Een bisschop die een anker uitwerpt

Op zaterdag 3 juni jl. heb ik Mgr. Van den Hout mogen wijden tot bisschop van Groningen-Leeuwarden. Dit was voor mij een beladen moment, want dit vond plaats in dezelfde kerk, de St. Jozef-kathedraal in Groningen, waar ikzelf achttien jaar daarvoor door kardinaal Simonis tot bisschop van Groningen was gewijd. Deze bisschopswijding, op zich al een indrukwekkende plechtigheid, had daardoor voor mij een extra betekenis.

Toen ik Mgr. Van den Hout voor eerst ontmoette in het nu zo verre 1990, hadden we beiden niet in de verste verte het vermoeden dat dit ons in de toekomst te wachten stond. Hij was toen student van het Sint-Janscentrum, het seminarie van het bisdom Den Bosch. Ik was toen beginnend docent van Rolduc, het seminarie van het bisdom Roermond, maar doceerde ook moraaltheologie aan het Sint-Janscentrum. Mgr. Van den Hout bleek ook toen al een bescheiden, intelligent, ernstig, ijverig en toegewijd man te zijn. De gemiddelde Groninger zal dan zeggen: “Het kon minder.”

Bij het aantreden van een nieuwe bisschop leeft vooral bij zijn diocesanen de vraag: “Wat kunnen we van hem verwachten?” De wapenspreuk die hij kiest, verraadt iets daarvan. Een wapenspreuk drukt immers iets uit over de persoon die die wapenspreuk voert, maar houdt ook een boodschap in die hij aan anderen zou willen voorhouden. Mgr. Van den Hout heeft gekozen voor: ‘in exilio spes’ (in de ballingschap is er hoop). Dat wil zeggen: het leven van een trouwe aanhanger van Jezus in deze wereld mag dan soms heel moeilijk zijn, hij heeft altijd hoop. En die hoop op Gods liefde en almacht die ons in Christus is geopenbaard, is de drijvende kracht van zijn leven.

Het anker dat in het wapen van deze nieuwe bisschop het meest opvalt, is een Bijbels beeld voor de hoop: “De hoop is het veilige en vaste anker van onze ziel. Zij dringt door binnen het heiligdom, waar Jezus voor ons als voorloper is binnengegaan …” (Hebr. 6,19-20). Bedoeld is hier uiteraard: de hoop op het heil. En dit omvat: de vergeving van onze zonden als vrucht van het kruisoffer van Christus, onze verrijzenis naar ziel en lichaam en onze toegang tot Gods eeuwig Vaderhuis. Het is dat anker van de hoop op Gods liefde dat Mgr. Van den Hout als bisschop mensen in zijn bisdom wil toewerpen als houvast voor hun leven.

Zoals het anker op een schip onmisbaar is, zo is ook de hoop als anker voor de ziel onmisbaar op het schip van Petrus, de Kerk. Op dit schip vervullen Petrus en na hem zijn opvolgers, de pausen, als stadhouder namens Christus op aarde en als zichtbaar hoofd van de Kerk de rol van kapitein.

Naast de kapiteins zijn er ook stuurlieden. Dit zijn nu de opvolgers van de apostelen, de bisschoppen. Door de bisschopswijding en de benoeming die Mgr. Van den Hout van de huidige kapitein van Petrus’ schip, paus Franciscus, heeft ontvangen is hij nu de stuurman van het bisdom Groningen-Leeuwarden.

Als de stuurman van een schip de macht over het roer kwijt raakt, probeert hij het door het anker te laten uitwerpen weer een vaste positie te geven en zo de macht over het roer te herwinnen. Wat hij zichzelf in zijn wapenspreuk voorhoudt als leidraad voor hemzelf, wil hij ook doorgeven als boodschap aan de mensen in zijn bisdom: als stuurman beveelt hij hen de goddelijke deugd van de hoop aan die de Heilige Geest geeft, als het anker van hun ziel voor hun persoonlijk leven. En het anker van de hoop dat hij hanteert, reikt tot in “het heiligdom waar Jezus ons als voorloper is voorgegaan,” dit wil zeggen dat dit anker het schip van de Kerk niet vasthecht aan de zeebodem, maar aan de hemel.

Als stuurman van het bisdom is hij drager van de volheid van het wijdingssacrament. Hij zal andere mannen tot priester wijden, die daardoor zijn naaste medewerkers worden bij het verkondigen van het Evangelie, in hun werkzaamheden als herder van de gelovigen en in de viering van de Goddelijke eredienst, vooral de Eucharistie. Samen met hen en gesteund door andere medewerkers en talrijke vrijwilligers in de parochies zal hij het anker van de hoop uitwerpen.